Holland | Angol |
---|---|
naar ... werkwoord | face [faced, facing, faces](have its front closest to) |
naar preposition | after(in allusion to, in imitation of; following or referencing) as to(according to) for(towards) toward(in the direction of) |
naar bijvoeglijk naamwoord | bad [worse, worst](tricky; stressful; unpleasant) up to(against, next to, near, towards) |
naar achter bijwoord | abaft((nautical) on the aft side) |
naar alle kanten bijwoord | abroad(without a certain confine; outside the house) |
naar bed gaan werkwoord | go to bed(to lie down to sleep) go to bed with((euphemistic) to have sex) hit the hay(to go to bed) |
naar bed gaan met werkwoord | go to bed with((euphemistic) to have sex) |
naar beneden preposition | down(from one end to another) |
naar beneden bijwoord | down(from a high to a low position, downwards) |
naar buiten gaan werkwoord | go out(to leave, especially a building) |
naar buiten komen bijvoeglijk naamwoord | emerging(becoming prominent; newly formed; emergent; rising) |
naar de filistijnen gaan werkwoord | go to the dogs(idiomatic: to decline or deteriorate) |
naar de kloten gaan werkwoord | go to the dogs(idiomatic: to decline or deteriorate) |
naar de kloten helpen werkwoord | fuck up(to injure or damage) |
naar de knoppen gaan werkwoord | go to the dogs(idiomatic: to decline or deteriorate) |
naar de knoppen helpen werkwoord | ball up(to crush into a ball) |
naar de mond praten werkwoord | pander [pandered, pandering, panders](to appeal or cater to) |
naar de verdoemenis gaan werkwoord | go to the dogs(idiomatic: to decline or deteriorate) |
naar de zijlijn verwijzen werkwoord | bench(remove a player from play) |
naar hartenlust bijwoord | to one's heart's contentadverb |
naar het buitenland bijwoord | abroad(in foreign countries) |
naar het schijnt bijwoord | apparently(according to what the speaker has read or been told) |
naar mijn mening preposition | in my opinion(according to me) |
naar omkijken werkwoord | look after(to watch, to protect) |
naar verluidt bijwoord | reportedly(according to reports or rumors) |
naar voren brengen werkwoord | bring forth(to adduce) |
naar waarde schatten werkwoord | appreciate [appreciated, appreciating, appreciates](to view as valuable) |
naarmate voegwoord | as(varying through time to the same proportion that) |
naartoe preposition | toward(in the direction of) |