Angol-Holland szótár »

like hollandul

AngolHolland
like [liked, liking, likes] (enjoy)
verb
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

graagwerkwoord

graag lustenwerkwoord

houden vanwerkwoord

leuk vindenwerkwoord

lustenwerkwoord

like [liked, liking, likes] (find attractive)
verb
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

graag hebbenwerkwoord

graag zienwerkwoord

zich aangetrokken voelen totwerkwoord

like (Internet interaction)
noun
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

likesubstantief
{m}

like (similar to)
preposition
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

alspreposition

gelijkpreposition

lijkend oppreposition

zoalspreposition

like (similar)
adjective
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

gelijkbijvoeglijk naamwoord

zoalsbijvoeglijk naamwoord

like (something similar to a given person or object)
noun
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

dat soort dingensubstantief
{n-Pl}

evenkniesubstantief
{m}

gelijkaardige dingensubstantief
{n-Pl}

gelijkaardighedensubstantief
{f-Pl}

like (something that a person likes)
noun
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

favorietsubstantief
{m}

voorkeursubstantief
{m}

like [liked, liking, likes] (to show support for, or approval of, something posted on the Internet by marking it with a vote)
verb
[UK: ˈlaɪk]
[US: ˈlaɪk]

likenwerkwoord

like a chicken with its head cut off (in a frantic, disorganized manner)
preposition

als een kip zonder koppreposition

like father, like son (a son will have traits similar to his father)
phrase
[UK: ˈlaɪk ˈfɑːð.ə(r) ˈlaɪk sʌn]
[US: ˈlaɪk ˈfɑːð.r̩ ˈlaɪk ˈsən]

zo vaderphrase

zo zoonphrase

like-minded (of similar opinion)
adjective
[UK: ˌlaɪk ˈmaɪnd.ɪd]
[US: ˌlaɪk ˈmaɪnd.ɪd]

gelijkgestemdbijvoeglijk naamwoord

gelijkgezindbijvoeglijk naamwoord

like mother, like daughter (a daughter will have traits similar to her mother)
phrase

zo dochterphrase

zo moederphrase

like the back end of a bus (very unattractive)
preposition

een gezicht om leer op te kloppenpreposition

likelihood [likelihoods] (probability)
noun
[UK: ˈlaɪk.lɪ.hʊd]
[US: ˈlaɪk.li.hʊd]

waarschijnlijkheidsubstantief

liken [likened, likening, likens] (compare)
verb
[UK: ˈlaɪk.ən]
[US: ˈlaɪk.ən]

vergelijkenwerkwoord

likewise (in like manner)
adverb
[UK: ˈlaɪk.waɪz]
[US: ˈlaɪk.waɪz]

eveneensbijwoord

evenzobijwoord

op gelijkaardige wijzebijwoord

op gelijkwaardige wijzebijwoord

likewise (the same to you)
adverb
[UK: ˈlaɪk.waɪz]
[US: ˈlaɪk.waɪz]

insgelijksbijwoord

-like (having some of the characteristics of (used to form adjectives from nouns))

-achtig

a woman without a man is like a fish without a bicycle (a woman is capable of living a complete and independent life)
phrase

een vrouw zonder man is als een vis zonder fietsphrase

alike (having resemblance; similar)
adjective
[UK: ə.ˈlaɪk]
[US: ə.ˈlaɪk]

gelijkbijvoeglijk naamwoord

12