Angol-Holland szótár »

kill hollandul

AngolHolland
kill the fatted calf (begin a festive celebration)
verb
[UK: kɪl ðə ˈfæ.tɪd kɑːf]
[US: ˈkɪl ðə ˈfæ.təd ˈkæf]

het vetgemeste kalf slachtenwerkwoord

kill two birds with one stone (solve two problems at once)
verb
[UK: kɪl ˈtuː bɜːdz wɪð wʌn stəʊn]
[US: ˈkɪl ˈtuː ˈbɝːdz wɪθ wʌn ˈstoʊn]

twee vliegen in één klap slaanwerkwoord

killdeer (plover)
noun

killdeerpleviersubstantief

killer [killers] (murderer)
noun
[UK: ˈkɪ.lə(r)]
[US: ˈkɪ.lər]

moordenaarsubstantief
{m}

killer [killers] (person who kills)
noun
[UK: ˈkɪ.lə(r)]
[US: ˈkɪ.lər]

dodersubstantief
{m}

killer whale [killer whales] noun
[UK: ˈkɪ.lə.weɪl]
[US: ˈkɪ.lə.weɪl]

orkasubstantief
{m}

zwaardwalvissubstantief
{m}

honour killing (murder as a cultural practice)
noun

eermoordsubstantief
{f} {m}

eerwraaksubstantief
{f} {m}

if looks could kill (used to characterize a look of strong hostility)
phrase

als blikken konden dodenphrase

nonkilling (A precept or worldview)
noun

niet-dodingsubstantief

painkiller [painkillers] (a drug that numbs the pain in the body)
noun
[UK: ˈpeɪnk.ɪ.lə(r)]
[US: ˈpeɪnˌk.ɪ.lər]

pijnstillersubstantief
{m}

serial killer (person who commits multiple murders)
noun
[UK: ˈsɪə.rɪəl ˈkɪ.lə(r)]
[US: ˈsɪ.riəl ˈkɪ.lər]

seriemoordenaarsubstantief
{m}

skill [skills] (capacity to do something well)
noun
[UK: skɪl]
[US: ˈskɪl]

bekwaamheidsubstantief
{f}

vaardigheidsubstantief
{f}

skilled adjective
[UK: skɪld]
[US: ˈskɪld]

bedrevenbijvoeglijk naamwoord

skillet (dish or meal cooked in such a pan)
noun
[UK: ˈskɪ.lɪt]
[US: ˈskɪ.lət]

eenpansgerechtsubstantief

skillet (pan for frying)
noun
[UK: ˈskɪ.lɪt]
[US: ˈskɪ.lət]

bakpansubstantief

braadpansubstantief

skillful (possessing skill, skilled)
adjective
[UK: ˈskɪl.fl̩]
[US: ˈskɪl.fl̩]

bedrevenbijvoeglijk naamwoord

bekwaambijvoeglijk naamwoord

geschiktbijvoeglijk naamwoord

geschooldbijvoeglijk naamwoord

vaardigbijvoeglijk naamwoord

weedkiller [weedkillers] (chemical that destroys unwanted plants)
noun
[UK: ˈwiːdk.ɪ.lə(r)]
[US: ˈwiːdk.ɪ.lər]

onkruidverdelgersubstantief
{m}

onkruidverdelgingsmiddelsubstantief
{n}

winterkill (mortality resulting from lethal wintery conditions among a human, animal, and/or vegetal population)
noun
[UK: ˈwɪn.təkɪl]
[US: ˈwɪn.tərˌkɪl]

wintersterftesubstantief

Korábban kerestél rá