Angol | Holland |
---|---|
camera [cameras] (still camera) noun [UK: ˈkæ.mə.rə] [US: ˈkæ.mə.rə] | camerasubstantief fotoapparaatsubstantief fototoestelsubstantief |
bicameral (having two separate legislative chambers) adjective [UK: ˌbaɪˈk.æ.mə.rəl] [US: ˌbaɪˈk.æ.mə.rəl] | bikameraalbijvoeglijk naamwoord tweekamerhigbijvoeglijk naamwoord |
body camera (video recording system worn on the body) noun | bodycamsubstantief |
digital camera (electronic camera) noun [UK: ˈdɪ.dʒɪt.l̩ ˈkæ.mə.rə] [US: ˈdɪ.dʒət.l̩ ˈkæ.mə.rə] | digitale camerasubstantief |
speed camera (camera to detect speeding vehicles) noun | flitsersubstantief flitspaalsubstantief |
surveillance camera (CCTV camera) noun | beveiligingscamerasubstantief bewakingscamerasubstantief |
thermal camera (type of camera) noun | infraroodcamerasubstantief warmtebeeldcamerasubstantief |
tricameralism noun | driekamerstelselsubstantief |
unicameral (having a single legislative chamber) adjective [UK: ˌjuː.nɪˈk.æ.mə.rəl] [US: ˌjuː.nɪˈk.æ.mə.rəl] | eenkamerigbijvoeglijk naamwoord monocameraalbijvoeglijk naamwoord unicameraalbijvoeglijk naamwoord |
video camera [video cameras] (device for recording video) noun [UK: ˈvɪ.dɪəʊ ˈkæ.mə.rə] [US: ˈvɪ.dio.ʊ ˈkæ.mə.rə] | videocamerasubstantief |