Német-Holland szótár »

mühe hollandul

NémetHolland
die Mühe [der Mühe; die Mühen] Substantiv

moeitesubstantief

pogingsubstantief

mühelos [müheloser; am mühelosesten] Adjektiv

gemakkelijkbijvoeglijk naamwoord

lichtbijvoeglijk naamwoord

makkelijkbijvoeglijk naamwoord

vlotbijvoeglijk naamwoord

bemühen, sich

ontspannen, zich

sich abmühen

ontspannen, zich

pogenwerkwoord

streven

wurmen

zichbeijveren

zichuitsloven

sich bemühen

moeitedoen

pogenwerkwoord

streven

trachtenwerkwoord

zichbeijveren

zoekenwerkwoord

sich Mühe geben

pogenwerkwoord

streven