Magyar-Holland szótár »

hamar hollandul

MagyarHolland
hamar melléknév

snel◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

spoedig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

vlug◼◼◻bijvoeglijk naamwoord

gezwindbijvoeglijk naamwoord

hamar határozószó

gauw◼◼◻bijwoord

zometeen◼◻◻

drabijwoord

zo

hamar főnév

haast◼◻◻v

hamarosan határozószó

binnenkort◼◼◼bijwoord

weldra◼◼◻bijwoord

dra◼◻◻bijwoord

alras◼◻◻bijwoord

aldrabijwoord

hamarosan melléknév

snel◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

spoedig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

vlug◼◼◻bijvoeglijk naamwoord

gereed◼◻◻bijvoeglijk naamwoord

hamarosan főnév

haast◼◻◻v

amilyen hamar csak lehet

zo snel mogelijk◼◼◼

csakhamar határozószó

weldra◼◼◼bijwoord

csakhamar melléknév

spoedig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

csakhamar

dra◼◼◻bijwoord

csakhamar főnév

haastv

elhamarkodik ige

overhaasten [overhaastte; h. overhaast]werkwoord

elhamarkodott melléknév

voorbarig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

prematuur◼◼◻bijvoeglijk naamwoord

overijld◼◻◻bijvoeglijk naamwoord

Mihamarabbi gyógyulást!

Word snel beter!◼◼◼