Angol-Holland szótár »

verse hollandul

AngolHolland
verse [verses] (one of several similar units of a song, consisting of several lines, generally rhymed)
noun
[UK: vɜːs]
[US: ˈvɝːs]

coupletsubstantief
{n}

verse [verses] (poetic form with regular meter and a fixed rhyme scheme)
noun
[UK: vɜːs]
[US: ˈvɝːs]

verssubstantief
{n}

adverse possession (legal principle)
noun

verkrijgende verjaringsubstantief
{f}

converse (opposite)
noun
[UK: kən.ˈvɜːs]
[US: ˈkɑːn.vərs]

tegenovergesteldesubstantief

converse [conversed, conversing, converses] (to engage in conversation)
verb
[UK: kən.ˈvɜːs]
[US: ˈkɑːn.vərs]

converserenwerkwoord

conversely (with a reversed relationship)
adverb
[UK: kən.ˈvɜː.sli]
[US: ˈkɑːn.vər.sli]

omgekeerdbijwoord

diverse (different)
adjective
[UK: daɪ.ˈvɜːs]
[US: daɪ.ˈvɝːs]

diversbijvoeglijk naamwoord

inverse ((mathematics) having the properties of an inverse)
adjective
[UK: ɪn.ˈvɜːs]
[US: ˌɪn.ˈvɝːs]

inversbijvoeglijk naamwoord

inverse (math: element)
noun
[UK: ɪn.ˈvɜːs]
[US: ˌɪn.ˈvɝːs]

inversesubstantief
{c}

inverse (opposite in effect or nature)
adjective
[UK: ɪn.ˈvɜːs]
[US: ˌɪn.ˈvɝːs]

tegengesteldbijvoeglijk naamwoord

tegenovergesteldbijvoeglijk naamwoord

inverse (opposite of a given due to contrary effects or nature)
noun
[UK: ɪn.ˈvɜːs]
[US: ˌɪn.ˈvɝːs]

tegendeelsubstantief
{n}

tegengesteldesubstantief
{n}

tegenovergesteldesubstantief
{n}

inverse (reverse, opposite in order)
adjective
[UK: ɪn.ˈvɜːs]
[US: ˌɪn.ˈvɝːs]

omgekeerdbijvoeglijk naamwoord

inverse (reverse procedure)
noun
[UK: ɪn.ˈvɜːs]
[US: ˌɪn.ˈvɝːs]

omgekeerdesubstantief
{n}

spiegelbeeldsubstantief
{n}

inverse Fourier transform (inverse transform of the Fourier transform)
noun

inverse Fourier-transformatiesubstantief

inverse Fouriertransformatiesubstantief

metaverse (hypothetical future Internet)
noun

metaversumsubstantief
{n}

multiverse (hypothetical group of all possible universes)
noun
[UK: ˌmʌltɪˈvɜːs ]
[US: ˌmʌltiˈvɜrs ]

multiversumsubstantief
{n}

obverse [obverses] (the heads side of a coin, or the side of a medal or badge that has the principal)
noun
[UK: ˈɒb.vɜːs]
[US: əb.ˈvɝːs]

voorzijdesubstantief
{f}

obverse (turned or facing toward the observer)
adjective
[UK: ˈɒb.vɜːs]
[US: əb.ˈvɝːs]

voorkantbijvoeglijk naamwoord

overseas (abroad)
adverb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiːz]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiːz]

in het buitenlandbijwoord

overseas (across a sea)
adjective
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiːz]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiːz]

overzeesbijvoeglijk naamwoord

overseas territory (country or smaller territory)
noun

overzees gebiedsdeelsubstantief
{n}

overzees territoriumsubstantief
{n}

oversee [oversaw, overseen, overseeing, oversees] (to inspect, examine)
verb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiː]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiː]

bekijkenwerkwoord

oversee [oversaw, overseen, overseeing, oversees] (to supervise, guide, review or direct the actions of a person or group)
verb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiː]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiː]

een oogwerkwoord

houden opwerkwoord

toezicht houden opwerkwoord

toezien opwerkwoord

oversee [oversaw, overseen, overseeing, oversees] (to survey, look at something in a wide angle)
verb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiː]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiː]

overschouwenwerkwoord

overzienwerkwoord

overseer [overseers] (one who oversees)
noun
[UK: ˈəʊv.ə.sɪə(r)]
[US: ˈoʊv.r̩.sɪə(r)]

opzichtersubstantief
{m}

reverse [reverses] (gear)
noun
[UK: rɪ.ˈvɜːs]
[US: rɪ.ˈvɝːs]

achteruitsubstantief

reverse [reverses] (side of a medal, badge, or coin opposite the obverse)
noun
[UK: rɪ.ˈvɜːs]
[US: rɪ.ˈvɝːs]

keerzijdesubstantief
{f}

reverse dictionary (a dictionary in which entries are sorted alphabetically by their last letter, then second-to-last, and so on)
noun

retrograadsubstantief
{n}

reverse discrimination (advantaging minority groups who have traditionally been discriminated)
noun

positieve discriminatiesubstantief
{m}

reverse engineering (analyzing the construction and operation of a product in order to manufacture a similar one)
noun

reverse engineerensubstantief

12