Angol-Holland szótár »

rode hollandul

AngolHolland
rode (The line from the vessel to its anchor)
noun
[UK: rəʊd]
[US: roʊd]

reden [redenen]substantief

reedsubstantief

ride [rode, ridden, riding, rides] (to be transported in a vehicle as a passenger)
verb
[UK: raɪd]
[US: ˈraɪd]

meerijdenwerkwoord

ride [rode, ridden, riding, rides] (to mount someone to have sex with them)
verb
[UK: raɪd]
[US: ˈraɪd]

beklimmenwerkwoord

berijdenwerkwoord

ride [rode, ridden, riding, rides] (to transport oneself by sitting on and directing a horse, bicycle etc.)
verb
[UK: raɪd]
[US: ˈraɪd]

rijdenwerkwoord

ride [rode, ridden, riding, rides] (to transport someone in a vehicle)
verb
[UK: raɪd]
[US: ˈraɪd]

brengenwerkwoord

voerenwerkwoord

rodent [rodents] (mammal of the order Rodentia)
noun
[UK: ˈrəʊdnt]
[US: ˈroʊdnt]

knaagdiersubstantief
{n}

corrode [corroded, corroding, corrodes] (to eat away)
verb
[UK: kə.ˈrəʊd]
[US: kəˈroʊd]

aanvretenwerkwoord

corroderenwerkwoord

inbijtenwerkwoord

roestenwerkwoord

uitbijtenwerkwoord

uithollenwerkwoord

electrode [electrodes] (the terminal through which electric current passes)
noun
[UK: ɪ.ˈlek.trəʊd]
[US: ɪ.ˈlektroʊd]

elektrodesubstantief
{f}

erode [eroded, eroding, erodes] (To wear away by abrasion, corrosion or chemical reaction)
verb
[UK: ɪ.ˈrəʊd]
[US: ɪˈroʊd]

aantastenwerkwoord

aanvretenwerkwoord

afslijtenwerkwoord

corroderenwerkwoord

eroderenwerkwoord

inbijtenwerkwoord

uitbijtenwerkwoord

uitslijtenwerkwoord

verwerenwerkwoord

override [overrode, overridden, overriding, overrides] (to ride a horse too hard)
verb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈraɪd]
[US: ˌoʊv.ə.ˈraɪd]

afjakkerenwerkwoord

stride [strode, stridden, striding, strides] (to walk with long steps)
verb
[UK: straɪd]
[US: ˈstraɪd]

schrijdenwerkwoord