Angol-Holland szótár »

parse hollandul

AngolHolland
parse [parsed, parsing, parses] ((computing) to split data into pieces)
verb
[UK: pɑːz]
[US: ˈpɑːrs]

parsenwerkwoord

parse [parsed, parsing, parses] ((linguistics) to resolve into elements)
verb
[UK: pɑːz]
[US: ˈpɑːrs]

analyserenwerkwoord

ontledenwerkwoord

parse (act of parsing)
noun
[UK: pɑːz]
[US: ˈpɑːrs]

analysesubstantief
{f}

ontledingsubstantief
{f}

parse (result of parsing)
noun
[UK: pɑːz]
[US: ˈpɑːrs]

parsesubstantief
{m}

parsec (parallax second)
noun
[UK: ˈpɑː.ˌsek]
[US: ˈpɑːr.ˌsek]

parsecsubstantief

parseltongue (language of snakes in Harry Potter)
proper noun

sisselspraakeigennam
{f}

sparse [sparser, sparsest] (having widely spaced intervals)
adjective
[UK: spɑːs]
[US: ˈspɑːrs]

verspreidbijvoeglijk naamwoord

sparse [sparser, sparsest] (not dense; meager)
adjective
[UK: spɑːs]
[US: ˈspɑːrs]

dunbijvoeglijk naamwoord

magerbijvoeglijk naamwoord

schaarsbijvoeglijk naamwoord