Angol | Holland |
---|---|
heal [healed, healing, heals] (make better) verb [UK: hiːl] [US: ˈhiːl] | beter makenwerkwoord genezenwerkwoord helenwerkwoord |
healer [healers] (person who heals) noun [UK: ˈhiː.lə(r)] [US: ˈhiː.lər] | genezersubstantief genezeressubstantief helersubstantief heleressubstantief |
healing [healings] (process of regeneration, see also: recovery) noun [UK: ˈhiːl.ɪŋ] [US: ˈhiːl.ɪŋ] | genezingsubstantief helingsubstantief |
health (state of being free of physical or psychological disease, illness, or malfunction) noun [UK: helθ] [US: ˈhelθ] | gezondheidsubstantief welzijnsubstantief |
health care (prevention, treatment, and management of illnesses) noun [UK: helθ keə(r)] [US: ˈhelθ ˈker] | gezondheidszorgsubstantief |
health club [health clubs] (facility with exercise equipment) noun | sportschoolsubstantief |
health fund (A not-for-profit or a public health insurance company) noun | ziekenfondssubstantief |
health insurance (insurance against incurring medical expenses among individuals) noun [UK: helθ ɪn.ˈʃʊə.rəns] [US: ˈhelθ ˌɪn.ˈʃʊ.rəns] | ziektekostenverzekeringsubstantief |
healthful (beneficial to health) adjective [UK: ˈhelθ.fəl] [US: ˈhelθ.fəl] | gezondbijvoeglijk naamwoord |
healthy [healthier, healthiest] (enjoying good health) adjective [UK: ˈhel.θi] [US: ˈhel.θi] | gezondbijvoeglijk naamwoord |
healthy [healthier, healthiest] (evincing health) adjective [UK: ˈhel.θi] [US: ˈhel.θi] | hartigbijvoeglijk naamwoord |
healthy [healthier, healthiest] (significant, hefty) adjective [UK: ˈhel.θi] [US: ˈhel.θi] | deugdelijkbijvoeglijk naamwoord duchtigbijvoeglijk naamwoord |
healthy [healthier, healthiest] adjective [UK: ˈhel.θi] [US: ˈhel.θi] | abelbijvoeglijk naamwoord |
faith healer (one who uses spiritual means in order to heal) noun | gebedsgenezersubstantief gebedsgenezeressubstantief |
mental health (emotional well-being) noun [UK: ˈmen.tl̩ helθ] [US: ˈmen.tl̩ ˈhelθ] | geestelijke gezondheidsubstantief mentale gezondheidsubstantief |
physician, heal thyself phrase | genees uzelfphrase genees uzelven; geneesheerphrase medicijnmeesterphrase |
time heals all wounds (negative feelings eventually fade away) phrase | |
unhealthy [unhealthier, unhealthiest] (conducive to poor health) adjective [UK: ʌn.ˈhel.θi] [US: ʌn.ˈhel.θi] | ongezondbijvoeglijk naamwoord |