English-Dutch dictionary »

tile meaning in Dutch

EnglishDutch
turnstile [turnstiles] (rotating mechanical device)
noun
[UK: ˈtɜːn.staɪl]
[US: ˈtɝːn.ˌstaɪl]

tourniquetsubstantief

versatile (biology: capable of moving freely in all directions)
adjective
[UK: ˈvɜː.sə.taɪl]
[US: ˈvɝː.sə.təl]

wendbaarbijvoeglijk naamwoord

versatile (capable of doing many things competently)
adjective
[UK: ˈvɜː.sə.taɪl]
[US: ˈvɝː.sə.təl]

pluriformbijvoeglijk naamwoord

veelzijdigbijvoeglijk naamwoord

versatile (changeable or inconstant)
adjective
[UK: ˈvɜː.sə.taɪl]
[US: ˈvɝː.sə.təl]

capricieusbijvoeglijk naamwoord

grilligbijvoeglijk naamwoord

onstabielbijvoeglijk naamwoord

veranderlijkbijvoeglijk naamwoord

versatielbijvoeglijk naamwoord

wispelturigbijvoeglijk naamwoord

versatile (having varied uses or many functions)
adjective
[UK: ˈvɜː.sə.taɪl]
[US: ˈvɝː.sə.təl]

handigbijvoeglijk naamwoord

multiverseelbijvoeglijk naamwoord

volatile (evaporating or vaporizing readily under normal conditions)
adjective
[UK: ˈvɒ.lə.taɪl]
[US: ˈvɑː.lə.təl]

licht ontvlambaarbijvoeglijk naamwoord

vluchtigbijvoeglijk naamwoord

volatile (temporary or ephemeral)
adjective
[UK: ˈvɒ.lə.taɪl]
[US: ˈvɑː.lə.təl]

tijdelijkbijvoeglijk naamwoord

12