English-Dutch dictionary »

pto meaning in Dutch

English	Dutch
peremptory adjective [UK: pə.ˈremp.tə.ri] [US: pə.ˈremp.tə.ri]	zelfverzekerdbijvoeglijk naamwoord
presymptomatic (relating to disease stage before symptoms get developed) adjective	presymptomatischbijvoeglijk naamwoord
Redemptorist (member of the Roman Catholic missionary congregation of the Most Holy Redeemer) noun [UK: rɪdˈemptɔːrˌɪst] [US: rɪdˈemptoːrˌɪst]	Redemptoristsubstantief {m}
scriptorium [scriptoria] (room set aside for the copying, writing, or illuminating of manuscripts) noun [UK: skrɪp.ˈtɔː.riəm] [US: skrɪp.ˈtɔː.riəm]	schrijfzaalsubstantief {f} scriptoriumsubstantief {n}
sculptor [sculptors] (a person who sculpts) noun [UK: ˈskʌlp.tə(r)] [US: ˈskʌlp.tər]	beeldhouwersubstantief {m}
symptom [symptoms] (figuratively: indicator of something) noun [UK: ˈsɪmp.təm] [US: ˈsɪmp.təm]	verschijnselsubstantief {n}
symptom [symptoms] (something that indicates a disease or disorder) noun [UK: ˈsɪmp.təm] [US: ˈsɪmp.təm]	symptoomsubstantief {n}
symptomatic (showing symptoms) adjective [UK: ˌsɪmp.tə.ˈmæ.tɪk] [US: ˌsɪmp.tə.ˈmæ.tɪk]	symptomatischbijvoeglijk naamwoord
symptomatology [symptomatologies] (science that studies the symptoms of diseases) noun [UK: sˌɪmptəmɑːtˈɒlədʒi] [US: sˌɪmptəmɑːtˈɑːlədʒi]	symptomatologiesubstantief {f}
tiptoe [tiptoed, tiptoeing, tiptoes] (to walk quietly) verb [UK: ˈtɪp.təʊ] [US: ˈtɪpˌto.ʊ]	op de tippen lopenwerkwoord
triptote (a noun which has only three cases) noun	triptootsubstantief {m}
velociraptor (dinosaur) noun [UK: və.ˈlɒ.sə.ˌræp.tə(r)] [US: və.ˈlɒ.sə.ˌræp.tər]	velociraptorsubstantief
zepto- (10^−21) adjective	zepto-bijvoeglijk naamwoord

Default dictionary:
Theme
Change language (English)
- Magyar
- Nederlands
Own wordlists
- -
Dictionaries
Extras
Impressum
Feedback
Help
News
Data Protection
Terms