Dutch | English |
---|---|
bijv. bijwoord | e.g.(abbreviation for "for example") |
bij verstek preposition | in absentia(while not present) |
bij voorbaat bijwoord | beforehand(at an earlier time) |
bij voorbaat dank interjection | thanks in advanceinterjection |
bijvak substantief {n} | minor [minors](subject of secondary undergraduate study) |
bijvallen werkwoord | second [seconded, seconding, seconds](to agree as a second person) |
bijvangst substantief {f} | bycatch(unintended catch) |
bijverdienste substantief {f} | emolument(payment for an office or employment) |
bijverschijnsel substantief {n} | by-product(side effect) epiphenomenon [epiphenomena](metal process or state that is an incidental by-product of physiological events in the brain or nervous system) |
bijvoegelijk aanwijzend voornaamwoord substantief {n} | demonstrative adjective(type of adjective) |
bijvoegen werkwoord | append [appended, appending, appends](to add as an accessory) enclose [enclosed, enclosing, encloses](insert) include [included, including, includes]verb |
bijvoegende wijs substantief {m} | subjunctive moodnoun |
bijvoeglijk bijvoeglijk naamwoord | adjectival(functioning as an adjective) |
bijvoeglijk naamwoord substantief {n} | adjective [adjectives]((grammar) a word that modifies a noun or describes a noun’s referent) |
bijvoegsel substantief {n} | codicil [codicils](addition made to a will) |
bijvoet substantief {m} | mugwort(Artemisia vulgaris) |
bijvoorbeeld preposition | for example(as an example) |
bijvorm substantief {f} | byform(tangential or subordinate form) |
bijvullen werkwoord | top up(to refill) |