Nederlands-Engels woordenboek »

vergankelijk betekenis in Engels

NederlandsEngels
vergankelijk bijvoeglijk naamwoord

ephemeral(lasting for a short period of time)
adjective
[UK: ɪ.ˈfe.mə.rəl] [US: e.ˈfe.mə.rəl]

transient(passing or disappearing with time; transitory)
adjective
[UK: ˈtræn.zɪənt] [US: ˈtræn.ʒənt]

vergankelijkheid substantief

transience(impermanence that suggests the inevitability of ending or dying)
noun
[UK: ˈtræn.zɪəns] [US: ˈtræn.ziəns]

vergankelijkheid substantief
{f}

perishableness(state of being perishable)
noun
[UK: ˈpɛrɪʃəblnəs ] [US: ˈpɛrɪʃəbəlnəs ]

onovergankelijk werkwoord substantief
{n}

intransitive verb(action verb not taking a direct object, see also: neuter)
noun
[UK: ɪn.ˈtræn.sə.tɪv vɜːb] [US: ɪn.ˈtræn.sə.tɪv ˈvɝːb]

onvergankelijk bijvoeglijk naamwoord

imperishable(not perishable)
adjective
[UK: ɪm.ˈpe.rɪ.ʃəb.l̩] [US: ɪm.ˈpe.rɪ.ʃəb.l̩]

overgankelijk bijvoeglijk naamwoord

transitive(grammar, of a verb: taking an object or objects)
adjective
[UK: ˈtræn.sə.tɪv] [US: ˈtræn.sə.tɪv]

overgankelijk werkwoord substantief
{n}

transitive verb(a verb that is accompanied by a direct object)
noun
[UK: ˈtræn.sə.tɪv vɜːb] [US: ˈtræn.sə.tɪv ˈvɝːb]