geldig betekenis in Engels

Nederlands	Engels
geldig bijvoeglijk naamwoord	valid(acceptable, proper or correct) adjective [UK: ˈvæ.lɪd] [US: ˈvæ.ləd]
geldigheid substantief {f}	validity [validities](the state of being valid, authentic or genuine) noun [UK: və.ˈlɪ.dɪ.ti] [US: və.ˈlɪ.də.ti]
ongeldig bijvoeglijk naamwoord	invalid(not valid) adjective [UK: ɪn.ˈvæ.lɪd] [US: ˈɪn.və.ləd] nugatory(ineffective, invalid) adjective [UK: ˈnjuː.ɡə.tə.ri] [US: ˈnjuː.ɡə.tə.ri] void [voider, voidest](having lost all legal validity) adjective [UK: vɔɪd] [US: ˌvɔɪd]
ongeldig maken werkwoord	void [voided, voiding, voids](to make invalid or worthless) verb [UK: vɔɪd] [US: ˌvɔɪd]
ongeldig verklaren werkwoord	quash [quashed, quashing, quashes](to void or suppress (a subpoena, decision)) verb [UK: kwɒʃ] [US: ˈkwɒʃ]
ongeldigverklaring substantief {m}	abrogation [abrogations](act of abrogating) noun [UK: ˌæ.brə.ˈɡeɪ.tʃn̩] [US: ˌæ.brə.ˈɡeɪʃ.n̩]

Zoek geschiedenis