Nederlands-Engels woordenboek »

actie betekenis in Engels

NederlandsEngels
actie interjection
{f}

action(signifying the start of something)
interjection
[UK: ˈæk.ʃn̩] [US: ˈæk.ʃn̩]

actie substantief
{f}

action [actions](something done so as to accomplish a purpose)
noun
[UK: ˈæk.ʃn̩] [US: ˈæk.ʃn̩]

actief bijvoeglijk naamwoord

active(having the quality or power of acting)
adjective
[UK: ˈæk.tɪv] [US: ˈæk.tɪv]

on(in the state of being active, functioning or operating)
adjective
[UK: ɒn] [US: ɑːn]

actief substantief
{f}

activity [activities](state or quality of being active)
noun
[UK: æk.ˈtɪ.və.ti] [US: æk.ˈtɪ.və.ti]

actief substantief
{n}

active voice(the form in which the subject of a verb carries out some action)
noun
[UK: ˈæk.tɪv vɔɪs] [US: ˈæk.tɪv ˌvɔɪs]

actiefiguur substantief
{f}

action figure(children's toy)
noun

actiefilm substantief
{m}

action movie(a type of motion picture)
noun
[UK: ˈæk.ʃn̩ ˈmuː.vi] [US: ˈæk.ʃn̩ ˈmuː.vi]

actieve kool substantief
{f}

activated carbon [activated carbons](absorbent form of finely powdered carbon)
noun
[UK: ˈæk.tɪ.veɪ.tɪd ˈkɑː.bən] [US: ˈæk.tɪ.ˌve.təd ˈkɑːr.bən]

actieve vulkaan substantief
{m}

active volcanonoun

abstractie substantief
{f}

abstract [abstracts](an abstraction)
noun
[UK: ˈæb.strækt] [US: æb.ˈstrækt]

abstraction [abstractions](act of abstracting)
noun
[UK: æb.ˈstræk.ʃn̩] [US: æb.ˈstræk.ʃn̩]

attractie substantief
{f}

attraction [attractions](something which attracts)
noun
[UK: ə.ˈtræk.ʃn̩] [US: ə.ˈtræk.ʃn̩]

attractief bijvoeglijk naamwoord

attractive(having the power of charming)
adjective
[UK: ə.ˈtræk.tɪv] [US: ə.ˈtræk.tɪv]

attractiepark substantief
{n}

amusement park(commercially-operated collection of rides, games and other entertainment attractions)
noun
[UK: ə.ˈmjuːz.mənt pɑːk] [US: ə.ˈmjuːz.mənt ˈpɑːrk]

benefactief substantief
{m}

benefactive case(case used to indicate beneficiary)
noun

bioactief bijvoeglijk naamwoord

bioactive(having a biological effect)
adjective

Cannizzaro-reactie substantief
{f}

Cannizzaro reaction(reaction)
noun

chiropractie substantief
{f}

chiropractic(system of health care)
noun
[UK: ˌkaɪə.rəʊ.ˈpræk.tɪk] [US: ˌkaɪəro.ʊ.ˈpræk.tɪk]

dagactief bijvoeglijk naamwoord

diurnal(happening during daylight; primarily active during the day)
adjective
[UK: daɪ.ˈɜːn.l̩] [US: daˈjɝː.nl̩]

deelredactie substantief

desk [desks](team in a news outlet specialized on a topic)
noun
[UK: desk] [US: ˈdesk]

deskredactie substantief

desk [desks](team in a news outlet specialized on a topic)
noun
[UK: desk] [US: ˈdesk]

didactiek substantief
{f}

didactics [didactics](art and science of teaching)
noun
[UK: dɪ.ˈdæk.tɪks] [US: dɪ.ˈdæk.tɪks]

elektromagnetische interactie substantief
{f}

electromagnetic interactionnoun
[UK: ɪ.ˌlek.trəʊ.mæɡ.ˈne.tɪk ˌɪn.tə.ˈræk.ʃn̩] [US: ɪ.ˌlektro.ʊ.mæg.ˈne.tɪk ˌɪn.tə.ˈræk.ʃn̩]

extractie substantief
{f}

extraction [extractions](act of extracting)
noun
[UK: ɪk.ˈstræk.ʃn̩] [US: ɪk.ˈstræk.ʃn̩]

factie substantief
{f}

faction [factions](group of people)
noun
[UK: ˈfæk.ʃn̩] [US: ˈfæk.ʃn̩]

fractie substantief

caucus [caucuses](a grouping of all members of a legislature representing the same party)
noun
[UK: ˈkɔːkəs] [US: ˈkɑːkəs]

fractie substantief
{f}

faction [factions](group of people)
noun
[UK: ˈfæk.ʃn̩] [US: ˈfæk.ʃn̩]

fractie substantief
{n}

element [elements](something small)
noun
[UK: ˈel.ɪ.mənt] [US: ˈel.ɪ.mənt]

fractie van een seconde substantief
{f}

split-second(a brief moment)
noun

geassorteerde reacties substantief

mixed reaction(state of diverse reception)
noun

inactief bijvoeglijk naamwoord

idle [idler, idlest](not turned to appropriate use, not occupied, of time with little activity)
adjective
[UK: ˈaɪd.l̩] [US: ˈaɪd.l̩]

interactie substantief
{f}

interaction [interactions](situation or occurrence in which two or more objects or events act upon one another)
noun
[UK: ˌɪn.tə.ˈræk.ʃn̩] [US: ˌɪn.tə.ˈræk.ʃn̩]

inzamelactie substantief

fundraiser [fundraisers]noun
[UK: ˈfən.ˌdre.zə(r)] [US: ˈfən.ˌdre.zər]

inzamelingsactie substantief

fundraiser [fundraisers]noun
[UK: ˈfən.ˌdre.zə(r)] [US: ˈfən.ˌdre.zər]

kernreactie substantief
{f}

nuclear reaction(process)
noun
[UK: ˈnjuː.klɪə(r) rɪ.ˈæk.ʃn̩] [US: ˈnuː.kliər ri.ˈæk.ʃn̩]

kettingreactie substantief
{f}

chain reaction(type of nuclear reaction)
noun
[UK: tʃeɪn rɪ.ˈæk.ʃn̩] [US: ˈtʃeɪn ri.ˈæk.ʃn̩]

langzaamaanactie substantief
{f}

work-to-rule(labor protest in which the minimum work is carried out)
noun
[UK: ˈwɜːk tuː ruːl] [US: ˈwɝːk ˈtuː ˈruːl]

modelactie substantief
{f}

work-to-rule(labor protest in which the minimum work is carried out)
noun
[UK: ˈwɜːk tuː ruːl] [US: ˈwɝːk ˈtuː ˈruːl]

nachtactief bijvoeglijk naamwoord

nocturnal(primarily active during the night)
adjective
[UK: nɒk.ˈtɜːn.l̩] [US: nakˈtɝː.nl̩]

12

Zoek geschiedenis