Hungarian-Dutch dictionary »

visz meaning in Dutch

HungarianDutch
viszony főnév

affaire [affaires]◼◼◼v

voet [voeten]◼◼◻m

romance◼◻◻m

viszonylag melléknév

tamelijk◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

viszonylagos melléknév

betrekkelijk◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

viszonylat főnév

dienst◼◼◼m

viszonzás főnév

terugkomst◼◼◼v

viszonzatlan melléknév

onbeantwoord◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

Visztula

Wisła◼◼◼

Weichsel◼◼◻substantief

Wisła (rivier)

a holnapi viszontlátásra

tot morgen◼◼◼

adag-hatás viszony

dosis-effectrelatie

átvisz ige

overbrengen◼◼◼werkwoord

overdragen◼◼◼werkwoord

overzetten◼◼◼werkwoord

overboeken◼◻◻werkwoord

overhevelen◼◻◻werkwoord

overplaatsen◼◻◻werkwoord

overmaken◼◻◻werkwoord

bevisz ige

opbrengen [bracht op; h. opgebracht]◼◼◼werkwoord

csődbe visz ige

ruïneren◼◼◼werkwoord

előrevisz ige

bevorderen◼◼◼werkwoord

elvisz ige

uittrekkenwerkwoord

függő viszony kifejezés

afhankelijkheid [afhankelijkheden]v

keresztülvisz ige

implementeren◼◼◼werkwoord

kivisz ige

uitvoeren [voerde uit; h. uitgevoerd]◼◼◼werkwoord

exporteren◼◼◻werkwoord

kivisz főnév

export◼◼◻m

Konkvisztádor

Conquistador (geschiedenis)

lingvisztika főnév

Taalkunde◼◼◼v

linguïstiek◼◼◻v

magával visz ige

meenemen◼◼◼werkwoord

munkaviszony főnév

tewerkstelling◼◼◼v

odavisz ige

meenemen◼◼◻werkwoord

bezorgen◼◻◻werkwoord

apporteren◼◻◻werkwoord

aanbrengen [bracht aan; h. aangebracht]werkwoord

afhalenwerkwoord

bijeenbrengenwerkwoord

1234↑

Your history

    Online dictionaries

    Might be interested