German-Dutch dictionary »

entgegen meaning in Dutch

GermanDutch
entgegen

mijden

ontwijken

uitdeweggaan

vermijden

entgegengesetzt Adjektiv

daarentegenbijvoeglijk naamwoord

ertegenoverbijvoeglijk naamwoord

integendeelbijvoeglijk naamwoord

die Allopathie [der Allopathie; —] (Heilmethode der Schulmedizin, bei der Krankheiten im Unterschied zur Homöopathie mit entgegengesetzt wirkenden Medikamenten behandelt werden) Substantiv

allopathieo
Medizin