Engels-Nederlands woordenboek »

oversee betekenis in Nederlands

EngelsNederlands
oversee [oversaw, overseen, overseeing, oversees] (to inspect, examine)
verb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiː]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiː]

bekijkenwerkwoord

oversee [oversaw, overseen, overseeing, oversees] (to supervise, guide, review or direct the actions of a person or group)
verb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiː]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiː]

een oogwerkwoord

houden opwerkwoord

toezicht houden opwerkwoord

toezien opwerkwoord

oversee [oversaw, overseen, overseeing, oversees] (to survey, look at something in a wide angle)
verb
[UK: ˌəʊv.ə.ˈsiː]
[US: ˌoʊv.ə.ˈsiː]

overschouwenwerkwoord

overzienwerkwoord

overseer [overseers] (one who oversees)
noun
[UK: ˈəʊv.ə.sɪə(r)]
[US: ˈoʊv.r̩.sɪə(r)]

opzichtersubstantief
{m}