Engels-Nederlands woordenboek »

collect betekenis in Nederlands

EngelsNederlands
collect [collected, collecting, collects] (to gather together)
verb
[UK: kə.ˈlekt]
[US: kə.ˈlekt]

opstapelenwerkwoord

verzamelenwerkwoord

collect [collected, collecting, collects] (to infer, conclude, form a conclusion)
verb
[UK: kə.ˈlekt]
[US: kə.ˈlekt]

concluderenwerkwoord

opmakenwerkwoord

collected (Cool-headed, emotionally stable, in focus)
adjective
[UK: kə.ˈlek.tɪd]
[US: kə.ˈlek.təd]

bedaardbijvoeglijk naamwoord

kalmbijvoeglijk naamwoord

rustigbijvoeglijk naamwoord

collection [collections] (activity of collecting)
noun
[UK: kə.ˈlek.ʃn̩]
[US: kə.ˈlek.ʃn̩]

verzamelensubstantief
{n}

collection [collections] (gathering of money for charitable or other purposes)
noun
[UK: kə.ˈlek.ʃn̩]
[US: kə.ˈlek.ʃn̩]

inzamelingsubstantief
{f}

collection [collections] (set of items)
noun
[UK: kə.ˈlek.ʃn̩]
[US: kə.ˈlek.ʃn̩]

collectiesubstantief
{f}

verzamelingsubstantief
{f}

collective (formed by gathering or collecting)
adjective
[UK: kə.ˈlek.tɪv]
[US: kə.ˈlek.tɪv]

collectiefbijvoeglijk naamwoord

collective [collectives] (group)
noun
[UK: kə.ˈlek.tɪv]
[US: kə.ˈlek.tɪv]

collectiefsubstantief

collective [collectives] (in grammar)
noun
[UK: kə.ˈlek.tɪv]
[US: kə.ˈlek.tɪv]

verzamelnaamsubstantief

collective noun (noun referring to a group of similar things)
noun
[UK: kə.ˈlek.tɪv naʊn]
[US: kə.ˈlek.tɪv ˈnaʊn]

collectivumsubstantief
{n}

verzamelnaamsubstantief
{m}

Collective Security Treaty Organisation (intergovernmental military alliance)
proper noun

Collectieve Veiligheidsverdragorganisatieeigennam
{f}

CVVOeigennam
{f}

collective unconscious (experience of human species)
noun

collectief onbewustesubstantief
{n}

collectivism (A system in which the means are owned and controlled by people collectively)
noun
[UK: kə.ˈlek.tɪ.vɪ.zəm]
[US: kə.ˈlek.tɪ.ˌvɪ.zəm]

collectivismesubstantief
{n}

collectivization (the act of collectivizing)
noun
[UK: kə.ˌlek.tɪ.vaɪ.ˈzeɪʃ.n̩]
[US: kə.ˌlek.tɪ.və.ˈzeɪʃ.n̩]

collectivisatiesubstantief
{f}

collectivize [collectivized, collectivizing, collectivizes] verb
[UK: kə.ˈlek.tɪ.vaɪz]
[US: kə.ˈlek.tɪ.ˌvaɪz]

collectiviserenwerkwoord

collector [collectors] (person or thing that collects)
noun
[UK: kə.ˈlek.tə(r)]
[US: kə.ˈlek.tər]

verzamelaarsubstantief
{m}

garbage collection (service for transporting household garbage)
noun
[UK: ˈɡɑː.bɪdʒ kə.ˈlek.ʃn̩]
[US: ˈɡɑːr.bɪdʒ kə.ˈlek.ʃn̩]

vuilnisophalingsubstantief
{f}

recollect [recollected, recollecting, recollects] (to recall past events)
verb
[UK: ˌrek.ə.ˈlekt]
[US: ˌrek.ə.ˈlekt]

zich herinnerenwerkwoord

recollection [recollections] (act of recalling to the memory)
noun
[UK: ˌrek.ə.ˈlek.ʃn̩]
[US: ˌrek.ə.ˈlek.ʃn̩]

herinnerensubstantief
{n}

herinneringsubstantief

recollection [recollections] (power of recalling ideas to the mind)
noun
[UK: ˌrek.ə.ˈlek.ʃn̩]
[US: ˌrek.ə.ˈlek.ʃn̩]

geheugensubstantief
{n}

solar thermal collector noun

zonnecollectorsubstantief

stamp collector (person who collects stamps)
noun

filatelistsubstantief
{m}

postzegelverzamelaarsubstantief
{m}

tax collector (one who has the responsibility for collecting taxes)
noun

belastinginnersubstantief
{m}

tollenaarsubstantief
{m}