hier meaning in German

Dutch	German
hier werkwoord	sieheVerb
hier bijwoord	hierAdverb hier ist hierher hierhin nach hier
hier interrogative word	dainterrogative word
hierbij bijwoord	anbeiAdverb
hierheen bijwoord	hierher hierhin nach hier
hiernaast bijvoeglijk naamwoord	beiläufig [beiläufiger; am beiläufigsten]Adjektiv
hiernaast bijwoord	daneben
hiernaast interrogative word	dabeiinterrogative word
hierofdaar bijwoord	irgendwoAdverb
hierterplaatse bijvoeglijk naamwoord	hiesigAdjektiv
hierzo	hier ist
hierzo werkwoord	sieheVerb
hierzo bijwoord	hierAdverb
hierzo interrogative word	dainterrogative word
dithier	dies
schier bijvoeglijk naamwoord	schier [schierer; am schiersten]Adjektiv
schier bijwoord	beinaheAdverb fastAdverb nahezuAdverb ungefährAdverb
schiereiland substantief	die Halbinsel [der Halbinsel; die Halbinseln]Substantiv
ziehier werkwoord	sieheVerb
ziehier interjection	hier ist
ziehier bijwoord	hierAdverb
ziehier interrogative word	dainterrogative word

Your history