Dutch-English dictionary »

syntactisch meaning in English

DutchEnglish
syntactisch bijvoeglijk naamwoord

syntactic(of, related to or connected with syntax)
adjective
[UK: sɪn.ˈtæk.tɪk] [US: sɪn.ˈtæk.tək]

syntactisch zout substantief
{n}

syntactic saltnoun

syntactische suiker substantief
{m}

syntactic sugarnoun