Dutch-English dictionary »

inkt meaning in English

DutchEnglish
inkt substantief
{m}

ink(coloured fluid used for writing)
noun
[UK: ɪŋk] [US: ˈɪŋk]

inkten werkwoord

ink [inked, inking, inks](apply ink)
verb
[UK: ɪŋk] [US: ˈɪŋk]

inktpatroon substantief
{m} {f}

cartridge [cartridges](vessel which contains the ink for a computer printer)
noun
[UK: ˈkɑː.trɪdʒ] [US: ˈkɑːr.trədʒ]

inktpot substantief
{m}

inkwell(container for ink)
noun
[UK: ˈɪŋ.kwel] [US: ˈɪŋ.kwel]

inktstaaf substantief
{m}

inkstick(cake of solid ink)
noun

inktvis substantief
{m}

octopus [octopi](mollusc)
noun
[UK: ˈɒk.tə.pəs] [US: ˈɑːk.tə.ˌpʊs]

squid [squids](sea animal)
noun
[UK: skwɪd] [US: ˈskwɪd]

inktzwam substantief
{m} {f}

inkcap(fungus of the genus Coprinus, Coprinellus or Coprinopsis)
noun

geld stinkt niet phrase

money does not smellphrase

geschubde inktzwam substantief
{m} {f}

lawyer's wig(Coprinus comatus)
noun
[UK: ˈlɔɪərz wɪɡ] [US: ˈlɔɪərz ˈwɪɡ]

gewone pijlinktvis substantief
{m}

European squid(Loligo vulgaris)
noun
[UK: ˌjʊə.rə.ˈpɪən skwɪd] [US: ˌjʊ.rə.ˈpiːən ˈskwɪd]

het is niet alles goud wat er blinkt phrase

all that glitters is not gold(things that appear valuable or worthwhile might not actually be so)
phrase
[UK: ɔːl ðæt ˈɡlɪ.təz ɪz nɒt ɡəʊld] [US: ɔːl ˈðæt ˈɡlɪ.tərz ˈɪz ˈnɑːt ɡoʊld]

stinkt bijvoeglijk naamwoord

stinking(having a bad smell)
adjective
[UK: ˈstɪŋkɪŋ] [US: ˈstɪŋkɪŋ]

verminkt bijvoeglijk naamwoord

crippled(having a physical impediment)
adjective
[UK: ˈkrɪp.l̩d] [US: ˈkrɪp.l̩d]