acht znamená v Holandčina

Nemčina	Holandčina
der Schacht [des Schachts, des Schachtes; die Schächte] Substantiv	schachtm
die Schachtel [der Schachtel; die Schachteln] Substantiv	doossubstantief slofsubstantief
die Schlacht [der Schlacht; die Schlachten] Substantiv	gevechtsubstantief kampsubstantief slagsubstantief strijdsubstantief treffensubstantief veldslagsubstantief
sich bemächtigen	bezitnemenvan innemenwerkwoord vermeesteren zichmeestermakenvan
die Tracht [der Tracht; die Trachten] Substantiv	costuumsubstantief drachtsubstantief gewaadsubstantief klederdrachtsubstantief kostuumsubstantief paksubstantief
trachten nach	ambiërenwerkwoord bedoelenwerkwoord beogenwerkwoord dingennaar mikken mikkenop moeitedoen najagenwerkwoord nastrevenwerkwoord pogenwerkwoord rooienwerkwoord streven strevennaar tendoelhebben trachtenwerkwoord zichbeijveren zoekenwerkwoord
trächtig	drachtigbijvoeglijk naamwoord zwanger
überbringen [überbrachte; hat überbracht] Verb	aanbrengenv aandragenv

História vyhľadávania