thailand betekenis in Engels

Nederlands	Engels
Thailand eigennam {n}	Thailand(country in Southeast Asia) proper noun [UK: ˈtaɪ.lænd] [US: ˈtaɪ.ˌlænd]
Thailander substantief {m}	Thai [Thais](person from Thailand or of Thai origin) noun [UK: taɪ] [US: ˈtaɪ]
Thailands bijvoeglijk naamwoord	Thai(of or pertaining to Thailand) adjective [UK: taɪ] [US: ˈtaɪ]
Thailandse substantief {f}	Thai [Thais](person from Thailand or of Thai origin) noun [UK: taɪ] [US: ˈtaɪ]
Golf van Thailand eigennam {m}	Gulf of Thailand(body of water) proper noun [UK: ɡʌlf əv ˈtaɪ.lænd] [US: ˈɡəlf əv ˈtaɪ.ˌlænd]
Koninkrijk Thailand eigennam {n}	Kingdom of Thailand(official name of Thailand) proper noun [UK: ˈkɪŋ.dəm əv ˈtaɪ.lænd] [US: ˈkɪŋ.dəm əv ˈtaɪ.ˌlænd]

Zoek geschiedenis