Nederlands-Engels woordenboek »

naast betekenis in Engels

NederlandsEngels
naast preposition

as well as(in addition to)
preposition
[UK: əz wel əz] [US: ˈæz ˈwel ˈæz]

beside(next to)
preposition
[UK: bɪ.ˈsaɪd] [US: bə.ˈsaɪd]

besides(in addition to)
preposition
[UK: bɪ.ˈsaɪdz] [US: bə.ˈsaɪdz]

next(on the side of)
preposition
[UK: nekst] [US: ˈnekst]

next to(beside; alongside)
preposition
[UK: nekst tuː ˈsʌm.bə.di] [US: ˈnekst ˈtuː ˈsʌm.ˌbɑː.di]

naast bijvoeglijk naamwoord

next(being closer to the present location than all other items)
adjective
[UK: nekst] [US: ˈnekst]

naast elkaar bijwoord

abreast(side by side)
adverb
[UK: ə.ˈbrest] [US: ə.ˈbrest]

naast elkaar leggen werkwoord

juxtapose [juxtaposed, juxtaposing, juxtaposes](to place side by side)
verb
[UK: ˌdʒʌk.stə.ˈpəʊz] [US: ˌdʒʌk.stəˈpoʊz]

naast elkaar; Old French: coste a coste bijwoord

side by sideadverb
[UK: saɪd baɪ saɪd] [US: ˈsaɪd baɪ ˈsaɪd]

naaste verwant substantief

next of kin(closest blood relative, often heir to inheritance)
noun
[UK: nekst əv kɪn] [US: ˈnekst əv ˈkɪn]

naastenliefde substantief
{f}

charity [charities](Christian love)
noun
[UK: ˈtʃæ.rɪ.ti] [US: ˈtʃe.rə.ti]

naasting substantief
{f}

nationalisation [nationalisations](making private assets public)
noun
[UK: ˌnæʃnəlaɪˈzeɪʃən] [US: ˌnæʃnəlaɪˈzeɪʃən]

daarnaast bijwoord

besides(moreover; furthermore)
adverb
[UK: bɪ.ˈsaɪdz] [US: bə.ˈsaɪdz]

moreover(in addition to what has been said)
adverb
[UK: mɔː.ˈrəʊ.və(r)] [US: mɔːˈro.ʊ.və(r)]

er naast liggend bijvoeglijk naamwoord

adjacent(lying next to, close, or contiguous; neighboring)
adjective
[UK: ə.ˈdʒeɪsnt] [US: ə.ˈdʒeɪ.sənt]

helemaal ernaast zitten bijvoeglijk naamwoord

way off(very wrong)
adjective

↑

Zoek geschiedenis

    Online woordenboeken

    Meer curiosa