Nederlands-Engels woordenboek »

gis betekenis in Engels

NederlandsEngels
frenologisch bijvoeglijk naamwoord

phrenological(of, or relating to phrenology)
adjective
[UK: ˌfre.nə.ˈlɒ.dʒɪkəl] [US: ˌfre.nə.ˈlɒ.dʒɪkəl]

Frygisch eigennam

Phrygian(language)
proper noun
[UK: ˈfrɪ.dʒiən] [US: ˈfrɪ.dʒiən]

Frygische muts substantief
{f}

Phrygian cap(conical close-fitting cap with the top bent forward)
noun

fysiologisch bijvoeglijk naamwoord

physiological(of, or relating to physiology)
adjective
[UK: ˌfɪ.zɪə.ˈlɒ.dʒɪk.l̩] [US: ˌfɪ.ziə.ˈlɑː.dʒɪk.l̩]

fytopathologisch bijvoeglijk naamwoord

phytopathological(pertaining to phytopathology)
adjective

garagist substantief
{m}

auto mechanic [auto mechanics](person)
noun

Gegisch eigennam

Ghegproper noun
[UK: ɡˈeɡ] [US: ɡˈeɡ]

gegist bijvoeglijk naamwoord

conjectural(in the nature of a conjecture)
adjective
[UK: kən.ˈdʒek.tʃə.rəl] [US: kən.ˈdʒek.tʃə.rəl]

gegist bestek substantief

dead reckoning(method of estimating the position of a ship or aircraft)
noun
[UK: ˈded.ˈrek.nɪŋ] [US: ˈded.ˈrek.nɪŋ]

genealogisch bijvoeglijk naamwoord

genealogical(of or relating to genealogy)
adjective
[UK: ˌdʒiː.nɪə.ˈlɒ.dʒɪk.l̩] [US: ˌdʒiː.nɪə.ˈlɒ.dʒɪk.l̩]

geologisch bijvoeglijk naamwoord

geologic(relating to geology)
adjective
[UK: ˌdʒiə.ˈlɑː.dʒɪk] [US: ˌdʒiə.ˈlɑː.dʒɪk]

geologisch stabiel bijvoeglijk naamwoord

abandoned(geology: no longer being acted upon by the geologic forces that formed it)
adjective
[UK: ə.ˈbæn.dənd] [US: ə.ˈbæn.dənd]

geomorfologisch bijvoeglijk naamwoord

geomorphologicadjective

geomorphological(pertaining to geomorphology)
adjective

Georgisch bijvoeglijk naamwoord

Georgian(pertaining to the country, people or language of Georgia)
adjective
[UK: ˈdʒɔːdʒ.jən] [US: ˈdʒɔːr.dʒən]

Georgisch substantief
{n}

Georgian [Georgians](language of the country Georgia)
noun
[UK: ˈdʒɔːdʒ.jən] [US: ˈdʒɔːr.dʒən]

Georgische substantief
{f}

Georgian [Georgians](person from the country of Georgia)
noun
[UK: ˈdʒɔːdʒ.jən] [US: ˈdʒɔːr.dʒən]

geregistreerd handelsmerk substantief
{n}

registered trademark(officially registered trademark)
noun

geregistreerd partnerschap substantief
{n}

civil partnership(arrangement for same-sex couples)
noun
[UK: ˈsɪ.vəl ˈpɑːt.nə.ʃɪp] [US: ˈsɪ.vəl ˈpɑːrt.nər.ˌʃɪp]

glaciologisch bijvoeglijk naamwoord

glaciologicaladjective
[UK: ɡlˌeɪsɪəlˈɒdʒɪkəl] [US: ɡlˌeɪsɪəlˈɑːdʒɪkəl]

gynaecologisch bijvoeglijk naamwoord

gynecological(pertaining to gynecology)
adjective
[UK: ˌɡaɪ.nɪk.ə.ˈlɒ.dʒɪk.l̩] [US: ˌɡaɪ.nək.ə.ˈlɑː.dʒɪk.l̩]

haggis substantief

haggis(traditional Scottish dish)
noun
[UK: ˈhæ.ɡɪs] [US: ˈhæ.ɡɪs]

hematologisch bijvoeglijk naamwoord

hematologic(of or relating to hematology)
adjective

hydrologisch bijvoeglijk naamwoord

hydrological(pertaining to hydrology)
adjective
[UK: hˌaɪdrəlˈɒdʒɪkəl] [US: hˌaɪdrəlˈɑːdʒɪkəl]

ideologisch bijvoeglijk naamwoord

ideological(of or pertaining to an ideology)
adjective
[UK: ˌaɪ.dɪə.ˈlɒ.dʒɪk.l̩] [US: ˌaɪ.diə.ˈlɑː.dʒɪk.l̩]

ik ben allergisch voor aspirine phrase

I'm allergic to aspirinphrase
[UK: aɪm ə.ˈlɜː.dʒɪk tuː ˈæ.sprɪn] [US: ˈaɪm ə.ˈlɝː.dʒɪk ˈtuː ˈæ.sprən]

ik ben allergisch voor noten phrase

I'm allergic to nutsphrase

ik ben allergisch voor pollen phrase

I'm allergic to pollenphrase

immunologisch bijvoeglijk naamwoord

immunological(of or relating to immunology)
adjective
[UK: ˌɪ.mjuː.nə.ˈlɑː.dʒɪkəl] [US: ˌɪ.mjuː.nə.ˈlɑː.dʒɪkəl]

kallipygisch bijvoeglijk naamwoord

callipygian(having beautiful buttocks)
adjective
[UK: kˈalɪpˌɪdʒən] [US: kˈælɪpˌɪdʒən]

Karolingische bijvoeglijk naamwoord

Carolingian(of or pertaining to the Frankish dynasty)
adjective
[UK: ˌke.rə.ˈlɪn.dʒiən] [US: ˌke.rə.ˈlɪn.dʒiən]

Kirgistan eigennam
{n}

Kyrgyzstan(country in Central Asia)
proper noun
[UK: ˈkɪrɡ.ə.ˌstæn] [US: ˈkɪr.ɡə.ˌstæn]

klimatologisch bijvoeglijk naamwoord

climatological(of or pertaining to climatology)
adjective
[UK: ˌklaɪ.mə.ˈtɒ.lə.dʒi] [US: ˌklaɪ.mə.ˈtɒ.lə.dʒi]

kosmologisch bijvoeglijk naamwoord

cosmological(of or pertaining to cosmology, or to the overall structure of the universe)
adjective
[UK: kɒz.ˈmɒ.lə.dʒi] [US: kɒz.ˈmɒ.lə.dʒi]

laryngologisch bijvoeglijk naamwoord

laryngological(of or pertaining to laryngology)
adjective
[UK: lˌarɪŋɡəlˈɒdʒɪkəl] [US: lˌærɪŋɡəlˈɑːdʒɪkəl]

legislatie substantief
{f}

legislation [legislations](the act of legislating)
noun
[UK: ˌle.dʒɪs.ˈleɪʃ.n̩] [US: ˌle.dʒəs.ˈleɪʃ.n̩]

lethargisch bijvoeglijk naamwoord

supine(reluctant to take action)
adjective
[UK: ˈsuː.paɪn] [US: sə.ˈpaɪn]

Lezgisch eigennam
{n}

Lezgi(language)
proper noun

liturgisch bijvoeglijk naamwoord

liturgical(Pertaining to liturgy)
adjective
[UK: lɪ.ˈtɜː.dʒɪk.l̩] [US: lə.ˈtɝː.dʒɪk.l̩]

logisch

-logical(used to form adjectival forms of nouns)

1234

Zoek geschiedenis