Nederlands | Engels |
---|---|
gemeenschap substantief | union [unions](sexual intercourse) |
gemeenschap substantief {f} | carnal knowledge(archaic term for sexual intercourse) community [communities](group sharing a common understanding) |
gemeenschappelijk bestuurd gebied of eigendom substantief | condominium [condominiums](joint sovereignty over a territory) |
gemeenschappelijke kennis substantief {f} | common knowledge(special kind of knowledge for a group of agents) |
Anglicaanse Gemeenschap eigennam {f} | Anglican Communion(worldwide network of churches) |
building waarbij iedere flat individuele eigendom is maar de gronden gemeenschappelijk substantief | condominium [condominiums](building in which each unit is owned by an individual, but the grounds is owned jointly) |
geslachtsgemeenschap substantief {f} | sexual intercourse(sexual interaction) |
geslachtsgemeenschap substantief {m} | sex [sexes](act of sexual intercourse) |
internationale gemeenschap substantief {f} | |
leden van een gemeenschap substantief | polity [polity](an organizational structure of the government) |
Valenciaanse Gemeenschap eigennam {f} | Valencian Community(autonomous community in Spain) |
Vlaamse Gemeenschap eigennam {f} | Flemish Community(one of the three communities of Belgium) |