Engels-Nederlands woordenboek »

heating betekenis in Nederlands

EngelsNederlands
heating (causing heat)
adjective
[UK: ˈhiːt.ɪŋ]
[US: ˈhiːt.ɪŋ]

verwarmendbijvoeglijk naamwoord

heating [heatings] (system)
noun
[UK: ˈhiːt.ɪŋ]
[US: ˈhiːt.ɪŋ]

verwarmingsubstantief
{f}

heat [heated, heating, heats] (to arouse, to excite (sexually))
verb
[UK: hiːt]
[US: ˈhiːt]

heet wordenwerkwoord

opwindenwerkwoord

heat [heated, heating, heats] (to cause an increase in temperature of an object or space)
verb
[UK: hiːt]
[US: ˈhiːt]

opwarmenwerkwoord

verhittenwerkwoord

verwarmenwerkwoord

heating oil (petroleum product used as a fuel in a heating system)
noun

huisbrandoliesubstantief
{f} {n}

central heating (heating system)
noun
[UK: ˈsen.trəl ˈhiːt.ɪŋ]
[US: ˈsen.trəl ˈhiːt.ɪŋ]

centrale verwarmingsubstantief
{f}

cheating (act of deception, fraud, trickery, imposture, or imposition)
noun
[UK: ˈtʃiːt.ɪŋ]
[US: ˈtʃiːt.ɪŋ]

valsspelensubstantief
{n}

cheat [cheated, cheating, cheats] (being unfaithful)
verb
[UK: tʃiːt]
[US: ˈtʃiːt]

vreemdgaanwerkwoord

cheat [cheated, cheating, cheats] (violate rules to gain advantage)
verb
[UK: tʃiːt]
[US: ˈtʃiːt]

bedriegenwerkwoord

vals spelenwerkwoord

preheat [preheated, preheating, preheats] (to heat something in preparation for further action, especially cooking)
verb
[UK: ˌpriː.ˈhiːt]
[US: ˌpriː.ˈhiːt]

voorverwarmenwerkwoord

underfloor heating (heating system that operates from under the floor)
noun

vloerverwarmingsubstantief
{f}

Zoek geschiedenis