Engels-Nederlands woordenboek »

get off betekenis in Nederlands

EngelsNederlands
get off (to disembark from)
verb
[UK: ˈɡet ɒf]
[US: ˈɡet ˈɒf]

; afstappenwerkwoord

afstappen van ...werkwoord

uit ... stappenwerkwoord

uitstappenwerkwoord

get off (to incur only mild consequences)
verb
[UK: ˈɡet ɒf]
[US: ˈɡet ˈɒf]

ervan afkomenwerkwoord

get off (to move (something) from being on (something else))
verb
[UK: ˈɡet ɒf]
[US: ˈɡet ˈɒf]

afhalen van ...werkwoord

get off (to move from being on top of (something))
verb
[UK: ˈɡet ɒf]
[US: ˈɡet ˈɒf]

van ... afgaanwerkwoord