Engels-Nederlands woordenboek »

between betekenis in Nederlands

EngelsNederlands
between (combined by effort or ownership)
preposition
[UK: bɪ.ˈtwiːn]
[US: bɪ.ˈtwiːn]

onderpreposition

between (in the position or interval that separates two things)
preposition
[UK: bɪ.ˈtwiːn]
[US: bɪ.ˈtwiːn]

tussenpreposition

between (shared in confidence by)
preposition
[UK: bɪ.ˈtwiːn]
[US: bɪ.ˈtwiːn]

onder ons gezegd en gezwegenpreposition

between a rock and a hard place (having the choice between two unpleasant options)
preposition

between plague and cholera)preposition

tussen pest en cholerapreposition

between you and me (in confidence)
preposition
[UK: bɪ.ˈtwiːn juː ənd miː]
[US: bɪ.ˈtwiːn ˈjuː ænd ˈmiː]

onder ons gezegdpreposition

in between (between (adverbially))
adverb
[UK: ɪn bɪ.ˈtwiːn]
[US: ɪn bɪ.ˈtwiːn]

tusseninbijwoord

in between (between)
preposition
[UK: ɪn bɪ.ˈtwiːn]
[US: ɪn bɪ.ˈtwiːn]

tusseninpreposition

in-between (Lying between)
adjective
[UK: ˌɪn.bɪ.ˈtwiːn]
[US: bɪ.ˈtwiːn]

tussenliggendbijvoeglijk naamwoord

read between the lines (infer a meaning that is not stated explicitly)
verb
[UK: riːd bɪ.ˈtwiːn ðə laɪnz]
[US: riːd bɪ.ˈtwiːn ðə ˈlaɪnz]

tussen de regels door lezenwerkwoord

tail between one's legs (defeated; in a cowardly or miserable manner)
adverb

de staart tussen de benenbijwoord

Zoek geschiedenis