Engels-Nederlands woordenboek »

adjoining betekenis in Nederlands

EngelsNederlands
adjoining (being in contact at some point)
adjective
[UK: ə.ˈdʒɔɪn.ɪŋ]
[US: ə.ˌdʒɔɪn.ɪŋ]

naburigbijvoeglijk naamwoord

Zoek geschiedenis