Duits-Nederlands woordenboek »

anmaßen betekenis in Nederlands

DuitsNederlands
anmaßen

toeëigenen

anmaßend [anmaßender; am anmaßendsten] Adjektiv

aanmatigendbijvoeglijk naamwoord

arrogantbijvoeglijk naamwoord

hautainbijvoeglijk naamwoord

laatdunkendbijvoeglijk naamwoord

verwaandbijvoeglijk naamwoord

verwatenbijvoeglijk naamwoord

sich anmaßen

zichaanmatigen

zichverstouten