so betyder på holländska

Tyska	Holländska
aussaugen [sog aus/saugte aus; hat ausgesogen/ausgesaugt] Verb	uitzuigenv
einsaugen [sog ein; hat eingesogen] Verb	opslorpenv opslurpenv resorberenv slurpenv
sogar Partikel	zelfs40
sogleich	aanstondsbijwoord dadelijk meteenbijwoord onmiddellijk opstaandevoet opstelensprong schielijk subietbijwoord terstondbijwoord zo zonderverwijl
die Sohle [der Sohle; die Sohlen] Substantiv	balsubstantief voetzoolsubstantief zoolsubstantief
der Sohn [des Sohns, des Sohnes; die Söhne] Substantiv	zoonm
aussöhnen [söhnte aus; hat ausgesöhnt] Verb	verzoenenv
solche	dergelijk dusdanig zo zo'n zodanigbijwoord zoeen zulk zulkeen
solcher Adjektiv	dergelijkbijvoeglijk naamwoord dusdanigbijvoeglijk naamwoord zobijvoeglijk naamwoord zo'nbijvoeglijk naamwoord zodanigbijvoeglijk naamwoord zoeenbijvoeglijk naamwoord zulkbijvoeglijk naamwoord zulkeenbijvoeglijk naamwoord
solches Adjektiv	dergelijkbijvoeglijk naamwoord dusdanigbijvoeglijk naamwoord

Sökhistorik