Tysk-Holländsk ordbok »

lage betyder på holländska

TyskaHolländska
einschlagen [schlug ein; hat eingeschlagen] Verb

omhullenv

toestoppenv

woelenv

die Einlage [der Einlage; die Einlagen] Substantiv

inlassingsubstantief

erschlagen [erschlug; hat erschlagen] Verb

afslachtenwerkwoord

slachtenwerkwoord

uitslaanwerkwoord

das Feldlager [des Feldlagers; die Feldlager] Substantiv

bivako

Ferienzulage

vakantietoeslagm

schlagen [schlug; hat/ist geschlagen] Verb

houwenv

klappenv

kloppenv

opvallenv

slaanv

die Grundlage [der Grundlage; die Grundlagen] Substantiv

basissubstantief

fundamentsubstantief

grondslagsubstantief

der Hautausschlag [des Hautausschlags, des Hautausschlages; die Hautausschläge] Substantiv

huiduitslagm

uitslagm

die Klage [der Klage; die Klagen] Substantiv

aanklachtsubstantief

beklagsubstantief

klachtsubstantief

das Klagelied [des Klageliedes, des Klagelieds; die Klagelieder] Substantiv

elegieo

klaagliedo

klaagzango

treurdichto

klagen [klagte; hat geklagt] (über +AKK) Verb

klagenv

zijnbeklagdoenv

nachschlagen [schlug nach; hat nachgeschlagen] Verb

consulterenwerkwoord

raadplegenwerkwoord

die Niederlage [der Niederlage; die Niederlagen] Substantiv

nederlaagsubstantief

der Ratschlag [des Ratschlag(e)s; die Ratschläge] Substantiv

adviesm

raadm

raadgevingm

Ruhelager

divanm

rustbankv

Turksestaatsraad

der Schlag [des Schlags, des Schlages; die Schläge] Substantiv

aardm

beroertem

flapm

1234