Nederlands-Duits woordenboek »

sluis betekenis in Duits

NederlandsDuits
sluis substantief

die Schleuse [der Schleuse; die Schleusen]Substantiv

sassluis substantief

die Schleuse [der Schleuse; die Schleusen]Substantiv

schutsluis substantief

die Schleuse [der Schleuse; die Schleusen]Substantiv