Nederlands | Duits |
---|---|
boren v | bohren [bohrte; hat gebohrt]Verb |
aangeboren bijvoeglijk naamwoord | angeborenAdjektiv |
eerstgeborene m | der Erstling [des Erstlings; die Erstlinge]Substantiv |
geboren bijvoeglijk naamwoord | begabt [begabter; am begabtesten]Adjektiv |
geborenworden v | entstehen [entstand; ist entstanden]Verb |
ingeboren bijvoeglijk naamwoord | angeborenAdjektiv |