Hongaars-Nederlands woordenboek »

teljes betekenis in Nederlands

HongaarsNederlands
teljesen melléknév

ontegenzeglijk◼◻◻bijvoeglijk naamwoord

teljesen határozószó

helemaal◼◼◼bijwoord

geheel◼◼◼

totaal◼◼◻

volkomen◼◼◻

ten volle◼◼◻

voluit◼◻◻bijwoord

bij uitstek◼◻◻

ten enenmale◼◻◻bijwoord

teljesen kész

kant en klaar

teljesen más melléknév

verschillend◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

teljesen más

ongelijk

teljesít ige

vervullen◼◼◼werkwoord

nakomen◼◼◼werkwoord

waarborgen [waarborgde; h. gewaarborgd]◼◼◻werkwoord

verwezenlijken◼◼◻werkwoord

garanderen◼◼◻werkwoord

realiseren◼◼◻werkwoord

naleven◼◼◻werkwoord

verzekeren◼◼◻werkwoord

stoppen◼◼◻werkwoord

vullen◼◼◻werkwoord

invullen◼◼◻werkwoord

tot stand brengen◼◻◻

bewerkstelligen◼◻◻werkwoord

beveiligen◼◻◻werkwoord

behoeden◼◻◻werkwoord

doorvoeren◼◻◻werkwoord

voltrekken◼◻◻werkwoord

aanvullen◼◻◻werkwoord

ontzetten◼◻◻werkwoord

sponsoren◼◻◻werkwoord

toezeggen◼◻◻werkwoord

in veiligheid brengen

betuigenwerkwoord

verlenen [verleende; h. verleend]werkwoord

teljesít melléknév

algeheelbijvoeglijk naamwoord

teljesítés főnév

naleving◼◼◼v

prestatie◼◼◻v

kwijting◼◻◻v

123