Hongaars-Nederlands woordenboek »

becs betekenis in Nederlands

HongaarsNederlands
becs főnév

aanzien◼◼◼o

becsap ige

misleiden◼◼◼werkwoord

bedriegen◼◼◼werkwoord

oplichten◼◻◻werkwoord

foppen◼◻◻werkwoord

in de maling nemen◼◻◻

luren◼◻◻

ontwijken◼◻◻werkwoord

ontfutselen◼◻◻werkwoord

toeslaan◼◻◻werkwoord

sjoemelenwerkwoord

voorspiegelenwerkwoord

becsap főnév

truc◼◼◻m

zwendel◼◼◻m

gedupeerde◼◻◻v

becsap (rászed) ige

aansmeren [smeerde aan; h. aangesmeerd]werkwoord

becsapott melléknév

gedupeerd◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

becsapás főnév

zwendel◼◼◼m

becsapódás főnév

inslag◼◼◼m

becsavar ige

wikkelen◼◼◼werkwoord

aandraaien [draaide aan; h. aangedraaid]werkwoord

becserkész ige

besluipen◼◼◼werkwoord

becserél ige

inruilen◼◼◼werkwoord

omwisselen [wisselde om; h. omgewisseld]◼◻◻werkwoord

omruilen [ruilde om; h. omgeruild]werkwoord

becses melléknév

kostbaar◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

waardevol◼◼◼bijvoeglijk naamwoord

zeldzaam◼◻◻bijvoeglijk naamwoord

becslés főnév

schatting◼◼◼v

beoordeling◼◼◻v

begroting◼◼◻v

taxatie◼◼◻v

budget◼◻◻o

appreciatie◼◻◻v

becslés ige

taxeren◼◻◻werkwoord

becsmérel ige

denigreren◼◼◼werkwoord

zwartmaken◼◼◼werkwoord

becsmérlő melléknév

pejoratiefbijvoeglijk naamwoord

becsomagol ige

inpakken [inpakkan; pakte in]◼◼◼werkwoord

becsszó főnév

erewoord◼◼◼o

12