Engels | Nederlands |
---|---|
indeterminism noun [UK: ˌɪndɪtˈɜːmɪnˌɪzəm] [US: ˌɪndɪtˈɜːmɪnˌɪzəm] | indeterminismesubstantief |
intermediary (an agent acting as a mediator between sides to facilitate agreement or cooperation, see also: mediator) noun [UK: ˌɪn.tə.ˈmiː.dɪə.ri] [US: ˌɪn.tər.ˈmiː.die.ri] | bemiddelaarsubstantief tussenpersoonsubstantief |
intermediate (being between two extremes, or in the middle of a range) adjective [UK: ˌɪn.tə.ˈmiː.dɪət] [US: ˌɪn.tər.ˈmiː.diət] | middelmatigbijvoeglijk naamwoord |
intermediate frequency noun | middenfrequentiesubstantief |
interment [interments] (The act of burying a dead body; burial) noun [UK: ɪn.ˈtɜː.mənt] [US: ɪn.ˈtɝː.mənt] | begrafenissubstantief teraardebestellingsubstantief |
intermittent (stopping and starting at intervals) adjective [UK: ˌɪn.tə.ˈmɪtnt] [US: ˌɪn.tər.ˈmɪ.tənt] | fluctuerendbijvoeglijk naamwoord intermitterendbijvoeglijk naamwoord met tussenpozenbijvoeglijk naamwoord wederkerendbijvoeglijk naamwoord |
intermittently (Stopping or starting at intervals) adverb [UK: ˌɪn.tə.ˈmɪtnt.li] [US: ˌɪn.tər.ˈmɪ.tənt.li] | met onderbrekingenbijwoord met tussenpozenbijwoord |
lattermath (literally) noun [UK: lˈatəmˌaθ] [US: lˈæɾɚmˌæθ] | etgroensubstantief nagrassubstantief |
long-term [longer-term, longest-term] (extending over a relatively long time period) adjective [UK: ˈlɒŋ tɜːm] [US: ˈlɔːŋ.ˈtɝːm] | langdurigbijvoeglijk naamwoord langlopendbijvoeglijk naamwoord |
long-term memory noun | langetermijngeheugensubstantief |
nondeterminism (dependence on other factors) noun | niet-determinismesubstantief |
nondeterministic (involving choices) adjective | niet-deterministischbijvoeglijk naamwoord |
outermost (farthest outside) adjective [UK: ˈaʊ.tə.məʊst] [US: ˈaʊ.təmoʊst] | buitenstbijvoeglijk naamwoord |
self-determination (political independence of a people) noun [UK: self dɪ.ˌtɜː.mɪ.ˈneɪʃ.n̩] [US: ˈself.də.ˌtər.mə.ˈneɪʃ.n̩] | zelfbeschikkingsubstantief |
short-term [shorter-term, shortest-term] (of a short duration of time) adjective [UK: ˈʃɔːt tɜːm] [US: ˈʃɔːrt tɝːm] | kortdurendbijvoeglijk naamwoord kortlopendbijvoeglijk naamwoord lapmiddelbijvoeglijk naamwoord |
short-term [shorter-term, shortest-term] (of the near or immediate future) adjective [UK: ˈʃɔːt tɜːm] [US: ˈʃɔːrt tɝːm] | op kort termijnbijvoeglijk naamwoord |
short-term memory noun | kortetermijngeheugensubstantief |
technical term (word that has a specific meaning within a specific field of expertise according to the context) noun [UK: ˈtek.nɪk.l̩ tɜːm] [US: ˈtek.nɪk.l̩ ˈtɝːm] | vaktermsubstantief |
umbrella term (term covering a broad category of things) noun [UK: ʌm.ˈbre.lə tɜːm] [US: ʌm.ˈbre.lə ˈtɝːm] | verzamelnaamsubstantief |
watermark [watermarks] (translucent design impressed on paper) noun [UK: ˈwɔː.tə.mɑːk] [US: ˈwɒ.tər.ˌmɑːrk] | watermerksubstantief |
watermelon (plant) noun [UK: ˈwɔː.tə.me.lən] [US: ˈwɒ.tər.ˌme.lən] | watermeloensubstantief |
watermill (mill powered by water) noun [UK: ˈwɔː.tə.mɪl] [US: ˈwɔːr.tə.mɪl] | watermolensubstantief |