Duits-Nederlands woordenboek »

bessern betekenis in Nederlands

DuitsNederlands
bessern [besserte; hat gebessert] Verb

verbeterenv

veredelenv

ausbessern [besserte aus; hat ausgebessert] Verb

boetenv

flikkenv

lappenv

oplappenv

stoppenv

verbeterenv

veredelenv

verstellenv

verbessern [verbesserte; hat verbessert] Verb

bijsturenv

corrigerenv

verbeterenv

veredelenv