Duits-Nederlands woordenboek »

anden betekenis in Nederlands

DuitsNederlands
bestehen [bestand; hat bestanden] Verb

doorzettenv

voetbijstukhoudenv

volhardenv

volhoudenv

bevorstehen [stand bevor; hat bevorgestanden] Verb

bedreigenv

dreigenv

nabijkomenv

naderbijkomenv

naderenv

nadertredenv

eingestehen [gestand ein; hat eingestanden] Verb

bekennenv

erkennenv

toegevenv

einverstanden Adjektiv

overeenstemmendbijvoeglijk naamwoord

toestemmendbijvoeglijk naamwoord

entstehen [entstand; ist entstanden] Verb

afstammenv

geborenwordenv

hetgevolgzijnvanv

ontluikenv

ontspruitenv

ontstaanv

opkomenv

spruitenv

voortkomenv

wordenv

gestehen [gestand; hat gestanden] Verb

bekennenwerkwoord

erkennenwerkwoord

toegevenwerkwoord

stehen [stand; hat/ist gestanden] Verb

staanv

die Girlande [der Girlande; die Girlanden] Substantiv

guirlandesubstantief

slingersubstantief

slingerkranssubstantief

stranden [strandete; ist gestrandet] Phrase

aanlandgaanwerkwoord

aanwalkomenwerkwoord

landenwerkwoord

die Veranda [der Veranda; die Veranden] Substantiv

verandasubstantief

verstehen [verstand; hat verstanden] (auf +AKK) Verb

begrijpenv

beseffenv

bevattenv

snappenv

123