dicţionar German-Olandez »

lamm înseamnă în Olandeză

GermanăOlandeză
das Lamm [des Lammes, des Lamms; die Lämmer] Substantiv

lamo

anklammern [klammerte an; hat angeklammert] (an + Dat/Akk] Verb

hakenv

entflammen [entflammte; hat/ist entflammt] Verb

ontvlammenv

oplaaienv

opvlammenv

vlamvattenv

die Flamme [der Flamme; die Flammen] Substantiv

opwindingsubstantief

vlamsubstantief

vuursubstantief

die Klammer [der Klammer; die Klammern] Substantiv

haakjesubstantief

klampsubstantief

krampsubstantief

nietjesubstantief

der Klammeraffe [des Klammeraffen; die Klammeraffen] Substantiv

apestaartjem

der Schlamm [des Schlamms, des Schlammes; die Schlämme] Substantiv

drekm

modderm

slijkm

slikm

Schlammkuhle

modderpoelm

wado