Deutsch-Holländisch Wörterbuch »

hinter bedeutet auf Holländisch

DeutschHolländisch
hinter [—; am hinterst] Phrase

aanbijvoeglijk naamwoord

achterbijvoeglijk naamwoord

nabijvoeglijk naamwoord

naverloopvanbijvoeglijk naamwoord

overbijvoeglijk naamwoord

hinter einander

aaneenbijwoord

aanéénstukdoor

achtereenbijwoord

achtereenvolgensbijwoord

inéénruk

ononderbrokenbijvoeglijk naamwoord

onophoudelijk

successievelijk

hinterbringen [brachte hinter; hat hintergebracht] Verb

aanbrengenwerkwoord

aangevenwerkwoord

klikkenwerkwoord

verklikkenwerkwoord

hintergehen [hinterging; hat hintergangen] Verb

bedriegenv

misleidenv

der Hinterhalt [des Hinterhalts, des Hinterhaltes; die Hinterhalte] Substantiv

hinderlaagm

hinterher

achterafbijwoord

daarnabijwoord

dan

naderhandbijwoord

vervolgensbijwoord

Hinterindien

Achter-Indië

Indo-China

hinterlassen [hinterließ; hat hinterlassen] Verb

achterlatenwerkwoord

nalatenwerkwoord

hinterlegen [hinterlegte; hat hinterlegt] Verb

afgevenv

deponerenv

inbewaringgevenv

inleggenv

hinterlistig [hinterlistiger; am hinterlistigsten] Adjektiv

dubbelhartigbijvoeglijk naamwoord

trouweloosbijvoeglijk naamwoord

verraderlijkbijvoeglijk naamwoord

Hinterrhein

Achter-Rijn

Kann ich eine Nachricht hinterlassen?

Kan ik een bericht achterlaten?