Deutsch-Holländisch Wörterbuch »

anziehen [zog an; hat angezogen] bedeutet auf Holländisch

Automatische Übersetzung:

aankleden [aangekleed; heeft aangekleed]
DeutschHolländisch
anziehen [zog an; ist angezogen] Verb

aandoenv

aanhalenv

aankledenv

aantrekkenv

bekledenv

kledenv

omkledenv

opleggenv

rukkenv

staanv

trekkenv