Ungarisch | Holländisch |
---|---|
egyszer határozószó | eenmaal◼◼◼bijwoord een keer◼◼◼ zodra◼◼◼voegwoord |
egyszer s mindenkorra | ten slotte◼◼◼bijwoord |
egyszer volt | er was eens◼◼◼ |
egyszeri melléknév | eenmalig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord |
egyszerre határozószó | tegelijk◼◼◼bijwoord tegelijkertijd◼◼◼bijwoord ineens◼◼◻bijwoord |
egyszerre melléknév | simultaan◼◼◻bijvoeglijk naamwoord |
egyszerű melléknév | eenvoudig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord gewoon◼◼◼bijvoeglijk naamwoord simpel◼◼◼bijvoeglijk naamwoord gemakkelijk◼◼◼bijvoeglijk naamwoord makkelijk◼◼◼bijvoeglijk naamwoord gewoonlijk◼◼◻bijvoeglijk naamwoord bescheiden◼◼◻bijvoeglijk naamwoord sober◼◻◻bijvoeglijk naamwoord onnozel◼◻◻bijvoeglijk naamwoord spartaans◼◻◻bijvoeglijk naamwoord karigbijvoeglijk naamwoord |
egyszerű kettős csomó | platte knoop◼◼◼ |
egyszerűen melléknév | eenvoudig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord |
egyszerűen határozószó | eenvoudigweg◼◼◼bijwoord gewoonweg◼◼◻bijwoord |
egyszerűség főnév | eenvoud◼◼◼substantief simpliciteit◼◻◻v soberheid◼◻◻v |
egyszerűsít ige | schrappen◼◼◼werkwoord simplificeren◼◼◻werkwoord |
egyszerűsítés főnév | simplificatie◼◼◼v |
leegyszerűsít ige | simplificeren◼◼◼werkwoord |
nemegyszer határozószó | menigmaal◼◼◼bijwoord |
vegyszer melléknév | chemisch◼◼◼bijvoeglijk naamwoord |
volt egyszer egy | er was eens◼◼◼ |