Nemčina-Holandčina slovník »

gebrechlich znamená v Holandčina

NemčinaHolandčina
gebrechlich [gebrechlicher; am gebrechlichsten] Adjektiv

aftandsbijvoeglijk naamwoord

bouwvalligbijvoeglijk naamwoord

gammelbijvoeglijk naamwoord

gebrekkigbijvoeglijk naamwoord

uitgeleefdbijvoeglijk naamwoord

uitgewoondbijvoeglijk naamwoord

verminktbijvoeglijk naamwoord

wrakbijvoeglijk naamwoord