Holländisch-Deutsch Wörterbuch »

eer bedeutet auf Deutsch

HolländischDeutsch
oneervol bijvoeglijk naamwoord

infam [infamer; am infamsten]Adjektiv

ongedisciplineerd bijvoeglijk naamwoord

zuchtlosAdjektiv

ongegeneerd bijvoeglijk naamwoord

zwanglos [zwangloser; am zwanglosesten]Adjektiv

ongemotiveerd bijvoeglijk naamwoord

grundlosAdjektiv

ongeveer

gegen

um

um ... herum

umher

zirka

ongeveer bijvoeglijk naamwoord

annäherndAdjektiv

ongeveer bijwoord

etwaAdverb

ungefährAdverb

onweer o

das Gewitter [des Gewitters; die Gewitter]Substantiv

onze-lieve-heersbeestje m

der Marienkäfer [des Marienkäfers; die Marienkäfer]Substantiv

opeenkeer

eines Tages

einmal

der mal

opperheerschappij substantief

die Souveränität [der Souveränität; die Souveränitäten]Substantiv

overenweer

einander

overenweer bijvoeglijk naamwoord

reziprokAdjektiv

wechselseitigAdjektiv

peer substantief

die Birne [der Birne; die Birnen]Substantiv

pijpzweer substantief

die Fistel [der Fistel; die Fisteln]Substantiv

plombeersel substantief

die Plombe [der Plombe; die Plomben]Substantiv

pontveer substantief

die Fähre [die Fähre; die Fähren]Substantiv

pontveer m

der Prahm [des Prahm[es; die Prahme/Prähme]Substantiv

presenteerblad substantief

der Präsentierteller [des Präsentiertellers; die Präsentierteller]Substantiv

presenteerblad o

das PräsentierbrettSubstantiv

das Tablett [des Tabletts, des Tablettes; die Tabletts, die Tablette]Substantiv

probeersel o

das Essay [des Essays, des Essays; die Essays]Substantiv

raadvanbeheer o

das Direktorium [des Direktoriums; die Direktorien]Substantiv

redeneerkunde substantief

die Dialektik [der Dialektik; —]Substantiv

saffiaanleer substantief

Marokkoleder

saffiaanleer m

der Saffian [des Saffians; —]Substantiv

saffiaanleer pl

die Maroquin [des Maroquins, des Maroquins; —]Substantiv

scheerling m

der Schierling [des Schierlings; die Schierlinge]Substantiv

schoensmeer substantief

die Wichse [der Wichse; die Wichsen]Substantiv

schoonheidsleer substantief

die Ästhetik [der Ästhetik; die Ästhetiken]Substantiv

schorseneer substantief

die SchwarzwurzelSubstantiv

schorseneer v

Skorzonera

891011