Deutsch-Holländisch Wörterbuch »

osten bedeutet auf Holländisch

DeutschHolländisch
der Osten [des Ostens; —] Substantiv

oostenm

oriëntm

Feldposten

buitenwachtv

voorpostm

kosten [kostete; hat gekostet] (Akkusativ) Verb

kostenv

proevenv

smakenv

nach Osten

naarhetoosten

oostwaartsbijwoord

der Pfosten [des Pfostens; die Pfosten] (Kurzform für Torpfosten) (besonders Ballspiele) Substantiv

deurpostm

paalm

postm

stijlm

der Posten [des Postens; die Posten] Substantiv

ambtm

baanm

betrekkingm

plaatsm

postm

wachtpostm

werkkringm

Posten stehen

oppoststaan

posten

die Postenkette Substantiv

afzettingsubstantief

kordonsubstantief

die Post [der Post; (selten oder unüblich:) die Posten] Substantiv

postsubstantief

posterijensubstantief

die Unkosten Pluralwort

kostprijsmeervoud