Tyska | Holländska |
---|---|
die Sitte [der Sitte; die Sitten] Substantiv | gebruiksubstantief zedesubstantief |
die Sittenlehre [der Sittenlehre; die Sittenlehren] Substantiv | ethieksubstantief ethologiesubstantief zedenkundesubstantief zedenleersubstantief |
gesittet [gesitteter; am gesittetsten] Adjektiv | beschaafdbijvoeglijk naamwoord geciviliseerdbijvoeglijk naamwoord geleerdbijvoeglijk naamwoord knapbijvoeglijk naamwoord ontwikkeldbijvoeglijk naamwoord |
gesittet machen | beschavenwerkwoord civiliserenwerkwoord |